nieuw onderzoek naar 'het' verraad
In september 2017 werd ik benaderd door Thijs Bayens, filmmaker. Via mijn website over het verraad van Anne Frank
was hij mij op het spoor gekomen en zei dat hij samen met anderen aan een
project bezig was om het raadsel van de eeuw op te lossen: 'wie verraadde de onderduikers aan de Prinsengracht 263?'
Hij nam genoegen met mijn woord van eer dat ik wat hij zou vertellen geheim zou houden, daar zou ikzelf nooit genoegen mee
nemen, dus was ik op mijn hoede. Al snel stelde hij mij een concrete vraag waarop ik ontkennend antwoordde
en dat de helpers in het achterhuis niet mijn aandacht hadden als mogelijke verradder.
Daarna vernam ik een paar weken niets van hem, totdat hij op vrijdag 29 september liet weten dat ze de volgende dag
naar buiten zouden treden met hun project, onder andere middels een artikel in de Volkskrant.
Later bleek dat alle media akkoord waren gegaan met een door Bayens verlangd embargo, zelfs het televisieprogramma
DWDD liet zich voor zijn karretje spannen, maar daarover straks meer.
Thijs Bayens trekt in Nederland op met Pieter van Twisk, een oud politie-agent die gespecialiseerd is in
informatie-technologie. Een gepensioneerde FBI-rechercheur (Vincent Pankoke) lost veel 'cold case' zaken
op en dacht met nieuwe technieken ook de zaak 'Anne' op te kunnen lossen. Ik geef toe, er zijn veel archieven
in Duitsland, Nederland en de Verenigde Staten met nog niet bekeken documenten.
Een team van zo'n twintig mensen zou alle documenten met speciaal ontwikkelde software in kaart brengen en aan
elkaar koppelen. Met de software kon gedaan worden wat voor de mens onmogelijk is, zo stelde Thijs. Men noemt dit
kunstmatige intelligentie.
Er is zes maanden vooronderzoek gedaan, het team beweerde dat er al nieuwe informatie was gevonden die de zaak 'iets'
verder had geholpen, wat precies wilde men, begrijperlijkerwijs, niet vertellen. Medio 2019 moest het onderzoek zijn afgerond.
Het CCT stelde medio 2022 het navolgende:
"Het Cold Case team heeft volgens een gangbare methodiek opsporingsonderzoek onderzoek gedaan naar de vraag 'wat heeft
geleid tot de arrestatie van de onderduikers op Prinsengracht 263 op 4 augustus 1944?'.
Met name het woordje 'gangbare' vind ik opmerkelijk omdat het CCT juist een geheel nieuwe methode zei te gaan gebruiken,
het 'nieuwe' eraan was het koppelen van data, op zich kon ik me daarin vinden. Ook nu nog denk ik dat er ergens in een archief
meer informatie valt te vinden over het verraad.
Alleen kan ik achteraf geen andere conclusie trekken dan dat het CCT dat niet heeft gevonden en dus vervolgens maar aan de
haal is gegaan met een 'mogelijk' scenario.
DWDD
Op 2 oktober 2017 schoven een onderzoeker en de heer Bayens aan bij Matthijs van Nieuwkerk in 'De Wereld Draait Door'. Men zou een

oud archief van de SD aan de Euterpestraat doorlichten en NSB'ers in kaart brengen. Dat waren er duizenden destijds, maar
via een filtering hoopte men uit te komen bij een klein groepje waarop men verder kon rechercheren.
Waar men aan voorbij ging is dat veel mensen destijds ergens woonden waar ze niet stonden ingeschreven, velen woonden
vaak zelfs met meerderen op één adres terwijl dat niet bekend was. De archieven sluiten amper aan op de
toenmalige werkelijkheid.
'M'
Margriet van der Linden liet zich, net als alle andere media, ook voor het karretje spannen van het CCT dat al zes jaar op zoek was naar
de verrader van Anne Frank. Hieronder het interview dat Margriet had, de inleiding is geschreven door de omroep (KRO NCRV.)
"Met de vraag ‘Wie verraadde Anne Frank?’ heeft een coldcaseteam zich jarenlang bezig gehouden. Er werden 30 researchers, historici,
data-analisten en oud FBI-agent Vince Pankoke werden ingezet om dit uit te zoeken. En er is nu, na zes jaar, een
conclusie: Anne Frank is zeer waarschijnlijk verraden door de Joodse notaris Arnold van den Bergh.
Aan tafel zit de initiator van het coldcaseteam, Thijs Bayens, forensisch psycholoog Bram van der Meer en Peter Kroesen
van het Stadsarchief in Amsterdam.
Maar er zouden dus veel meer oplossingsrichtingen worden onderzocht, ik heb de heer Bayens geluk en succes gewensd en gezegd
dat ik zeer benieuwd ben. Uiteraard heb ik regelmatig hun website bezocht, daar stond jarenlang totaal geen informatie op, behalve
dan dat je je documenten en kennis met hen kon delen.
Net als ik zijn zij zelf niet erg mededeelzaam.
Televisieserie
Bayens had als doel met zijn productiebedrijf PRODITIONE van dit project een film of televisieserie te maken, die moest
dan het geld opleveren dat was geïnvesteerd in het onderzoek. Ook zou er een boek uitkomen.
De Anne Frank Stichting, het NIOD en het Nationaal Archief werkten mee en stelden hun archieven ter beschikking. Mijn idee
is dat als daar iets cruciaals in zou zitten we dat al lang hadden geweten, immers, er werken al tientallen jaren veel
onderzoekers aan de ontrafeling van 'het raadsel van de eeuw'.
Aan de andere kant, nieuwe ogen werpen niet zelden een andere blik op zaken en wellicht dat het gebruik van software
inderdaad licht in de duisternis kan brengen. Twee documenten kunnen samen waardevol zijn, ik ben een positief ingesteld
mens, ook al had ik veel twijfels.
Bayens dacht het aantal verdachten tot dertig te kunnen terugbrengen. Ik heb er, al jarenlang, slechts
één op het oog.
Later dacht Bayens om er een theatervoorstelling van te maken. De werktitel was 'Het dilemma van Otto Frank' met als kernvraag
of je mag zwijgen voor een hoger doel, ervaan uitgaande dat Otto Frank de verrader van het onderduikadres had beschermd. Hij zou
niet hebben gewild dat een Jood als dader zou worden aangewezen.
Bayens wilde dit stuk op de planken brengen en had daarvoor een nieuw bedrijf opgericht, Team Orange. Ook een podcast was in de maak. Alle
plannen zijn van de baan. Maar laat ik verder gaan met het CCT.
Vincent Pankoke (ex FBI)
Van de heer Pankoke kreeg ik op 5 oktober 2017 een alleraardigst mailtje, hij wilde graag een keer met mij afspreken in Amsterdam en

zegde toe mijn informatie vertrouwelijk te zullen behandelen. Mijn website prees hij voor wat accuratesse en omvang betreft, iets wat
mij uiteraard plezierde.
De heer Pankoke heb ik laten weten dat zodra ik de naam zou noemen van degene die ik op het oog heb hij mij niet meer
nodig heeft en hij het spoor verder kan uitrechercheren. Mij ontbreekt het geld om drie noodzakelijke trips naar het
buitenland te maken om mijn dossier enigszins aan te kunnen vullen, danwel af te ronden.
Maar dit is niet eens de voornaamste reden van mijn voorzichtigheid. De getuige die ik op het oog heb en waarmee ik
via een contactpersoon tweemaal heb gesproken wil zelf niet in de publiciteit treden, de reden daarvan ken ik en die is zeer
legitiem. Tevens is de partner van deze getuige in zijn/ haar land niet onbekend.
Het zal voor dit gezin en hun kinderen een ware heksenjacht kunnen ontketenen.
November 2017
Definitief besloot ik niet met Bayens en Pankoke samen te werken, voor mij is en was er geen enkele toegevoegde
waarde. Als ik het bij het juiste eind heb, zo redeneerde ik, en de heren komen op hetzelfde spoor dan heb ik
pech. Als ze niet verder komen wordt mijn verhaal er alleen maar sterker op.
Augustus 2022
Ruim twee jaar later dan gepland kwam het team rondom Bayens, Van Twist en Pankoke in januari van dit jaar naar buiten met een 'dader', Pankoke
vroeg mij of ik interesse had in hun bevindingen en of ik dan 'al dan niet' wilde bevestigen dat ze op het juiste spoor
zaten.
Wederom heb ik daar 'nee' op gezegd, simpelweg omdat ik er niet in geloof dat je door het koppelen van 'big data' deze
zaak kunt oplossen.
Als ik nu, medio 2022, terugkijk op het team ben ik blij iedere vorm van samenweking met deze heren steevast te hebben
afgewezen. Zij schermen met experts die wel samen hebben gewerkt, maar geen van die mensen heeft de infomatie die ik heb
want dan waren ze er zelf al mee naar buiten getreden.
Pankoke had criminologen, historici, journalisten, politie-agenten en dataspecialisten in zijn team. De Anne Frank
Stichting in Amsterdam en de gemeente Amsterdam stelden hun archief ter beschikking. Van diverse kanten kreeg het team
subisidie, onder andere de gemeente Amsterdam maakte klakkeloos 100.000 Euro over, zonder te verifiëren of de lijst
met wetenschappers klopte.
Achteraf bleken belangrijke historici totaal geen medewerking te hebben verleend. Ook een nededwerker van de Anne Frank
Stichting in Amsterdam stond volstrekt ten onrechte op hun lijst.
Op 1 juli 2022 daalde de zoveelste storm van kritiek neer op de samenstellers van het boek. Thijs Bayens haastte zich om
het volgende te verklaren:
'Al tijdens het onderzoek heeft Proditione Media een deel van data van het CCT-onderzoek (Residents Project) gedeeld
met het Anne Frank Huis. Eerder dit jaar werd het dossier van politieman Arend van Helden op voorspraak van het
CCT aan het Stadsarchief in Amsterdam overhandigd door zijn zoon Maarten van Helden. Eind Augustus 2022 volgt de
overhandiging van de resterende data van het CCT aan het Stadsarchief. Daarmee heeft Proditione Media en het CCT
voldaan aan alle in de subsidieaanvraag van de gemeente Amsterdam gestelde tegenprestaties.'
Dat er wetenschappers zijn opgevoerd die geen medewerking hadden verleend 'vergeet' Bayens te vermelden, maar feitelijk
is zijn verklaring juist. Het valt de Anne Frank Stichting en de Gemeente Amsterdam te verwijten dat zij klakkeloos
in de sprookjes van het CCT (Cold Case Team) geloofden.
Dat Thijs Bayens 'de bui' al in een eerder stadium zag hangen bleek ondermeer op donderdag 22 februari 2022 toen hij namens
zijn bedrijf het volgende persbericht deed uitgaan:
'Proditione is niet verantwoordelijk voor de advertentie van Het Verraad van Anne Frank in Het Parool van 24
februari. Proditione plaatst op geen enkel medium advertenties voor het boek.'
De reden laat zich raden, er was direct hij publicatie van het boek een storm van kritiek opgelaaid, de 'dader' volgens
het boek was de Joodse notaris Arnold van den Bergh. Pankoke reageerde dat hij in het buitenland niets dan lof ontving, maar
juist vanuit Nederland veel kritiek over zich heen kreeg.
Hij liet optekenen: "Het lijkt erop dat er sprake is van een dubbele standaard bij het beoordelen van ons werk." Hij doelde
hier op andere theorieën die veel minder hard zouden zijn aangepakt.
In mijn optiek geeft hij daarmee toe dat zijn conclusies rammelen, want waarom zou je anders ingaan op de kritiek en de
scepsus uit het verleden erbij slepen?
Volgens sommigen riekt het zelfs een beetje naar anti-semitisme, maar die kant wil ik niet opgaan, laten we ons bij
de feiten houden.
Mijn 'mogelijke' dader, nummer 24. Arnold van den Bergh
Reeds voor mijn eerste contact met Pankoke en Bayens schreef ik het volgende op deze website:
'Van de Bergh werkte als jurist (staatsrechtgeleerde) en notaris voor de Joodse Raad. Ik heb zelf geen enkele
logische verklaring gevonden waarom hij de verrader zou zijn. Arnold kreeg na de oorlog een nieuwe functie
binnen de Joodse gemeenschap. Hij overleed op 28 oktober 1950 in Londen.
Zijn betrokkenheid kwam voort uit een anonieme brief die Otto Frank in 1945 zou hebben ontvangen waarin te lezen viel
dat de schuilplaats van de familie Frank aan de Duitsers zou zijn medegedeeld door A. van den Bergh, de notaris van de
Joodse Raad. Otto had de brief aan de AFS gegeven, toen er onderzoek naar gedaan in 1964 bleek de brief niet (meer) aanwezig.
Het verhaal rond de brief kwam van Gringhuis, een van de NSB'ers die bij de inval in augustus 1944 aanwezig was. Door

Otto is het bestaan van de brief nimmer ontkent of bevestigd. Van den Bergh kwam uit een onderzoek als integer, op
zich is dit ietwat verwonderlijk aangezien hij bekend stond als de 'man van de statistieken', hij hield bij wie
wie was in de Joodse gemeenschap.
Maar goed, als er geen andere verdenkingen zijn dan deze moet ook ik toegeven dat de bewijslast totaal ontbreekt en het
hier slechts gaat om een flinterdunne aanwijzing.'
Dit moeten de leden van het CCT gelezen hebben, als je je een beetje verdiept in de Joodse Raad en Van den Bergh moet
je al snel concluderen dat deze Joodse notaris de verrader niet kan zijn, teveel omstandigheden wijzen juist níet in
zijn richting.
Het CCT blijft echter achter hun bevindingen staan, de film of serie komt er in ieder geval niet, Bayens lijkt
zich te distantiëren van het boek. Dit zal dan wellicht komen door de berg aan kritiek en dat de uitgever
van het boek eigenlijk onder de publicatie uit wilde.
Uitgeverij Ambo Anthos haalde het boek 'Het verraad van Anne Frank' later alsnog uit de handel omdat de conclusies
gebaseerd zouden zijn op verkeerde aannames en het onterecht opvoeren van wetenschappers. In het buitenland lijken
uitgevers minder moeite met de onzorgvuldigheid te hebben, daar verkoopt het boek als een malle. Alles over Anne
Frank verkoopt goed, de kassa rinkelt voor het CCT dus waarom zou je deze melkkoe afschieten?
Familie van Van den Bergh
Mirjam de Gorter is een kleindochter van Van den Bergh, zij eist dat het boek wereldwijd uit
de handel wordt genomen, zij sprak in een interview over 'geschiedvervalsing', daar ben ik het mee eens.
Probleem is dat je dan moet bewijzen dat iets niet waar is en hoe doe je dat als de schrijvers zelf al aangeven dat er geen
100% waterdicht bewijs door hen valt te leveren! Lezers smullen van het onderwerp, maar gaan makkelijk voorbij aan het
voorbehoud dat het 'slechts' een aanname op een aantal aannames is.
Mirjam vroeg de Amerikaanse uitgever HarperCollins Publishers, die de wereldrechten bezit, en alle andere uitgevers
die erbij betrokken zijn, het boek terug te halen. Hun stilzwijgen zegt alles. Anne Frank is voor velen een fruitmachine
waar altijd geld uitrolt, ook al verkoop je een flinterdun verhaal.
Ik werk deze website bij, maar veel nieuwe 'actualiteiten' zullen er niet komen omdat ik mijn conclusies jaren geleden
al heb getrokken. Ik weet wie de verrader is en weet ook wie Kitty, aan wie Anne haar dagboek richtte, is en dat zij nog in
leven is.
Mede de omstandigheden dat er nog nabestaanden van de verrader in leven zijn nopen mij ertoe zeer omzichtig te werk te gaan.
Maar ook
mijn verhaal wordt geschreven en zal eens het daglicht zien.
Vragen van de AFS aan het CCT
Het kopie-briefje
Het coldcaseteam heeft met het door Otto Frank overgetypte briefje met de beschuldiging aan het adres van Van den Bergh een interessante
vondst gedaan. Vragen die echter onbeantwoord blijven zijn: waar is het origineel? Wie was de auteur van het briefje? En wat was
diens intentie met het briefje?
Otto Frank
Wanneer en hoe is het briefje in het bezit gekomen van Otto Frank? Dat Otto Frank het briefje in 1945 in handen zou hebben gekregen, is niet
voor de hand liggend. Waarom zou hij in 1948 vervolging van een andere verdachte nastreven terwijl hij over informatie zou beschikken die
op iemand anders duidde?
Welke waarde heeft Otto Frank aan het briefje toegekend? En waarom zou hij het briefje niet met anderen, waaronder zijn vertrouweling
Johannes Kleiman, hebben gedeeld?
Van den Bergh
Het laatste teken van leven van Van den Bergh tijdens de oorlog is van februari 1944. Waar was hij daarna en wat deed hij in die cruciale
periode waarbij hij, volgens het coldcaseteam, de lijst met onderduikadressen met de bezetter zou hebben gedeeld?
Onderduiklijsten
Het coldcaseteam baseert zich op onduidelijke uitspraken van getuigen over het bestaan van lijsten met onderduikadressen bij leden
van de Joodse Raad. Er is geen bewijs dat deze lijsten in het bezit van de Joodse Raad waren (hierover hebben meerdere historici, zoals
Van der Boom, Vastenhout en Houwink ten Cate die goed ingevoerd zijn, zich inmiddels uitgesproken), laat staan dat er een lijst
is geweest met het adres Prinsengracht 263 erop.
Gezien het kleine aantal mensen dat kennis had van dit onderduikadres, en aangezien de communicatie voor zover bekend alleen via enkele
helpers liep, is dit onwaarschijnlijk. Mocht de Joodse Raad over lijsten hebben beschikt, dan nog is niet aangetoond dat Van den Bergh
zo’n lijst in zijn bezit heeft gehad en met de bezetter heeft gedeeld.
Bovendien: als deze lijst in augustus 1944 in handen van de Sicherheitsdienst zou zijn gevallen, dan zou dat tot een piek van invallen
bij onderduikadressen moeten hebben geleid. Van een dergelijke piek is ons niets bekend.
Onderzoek AFS
Het onderzoek dat de Anne Frank Stichting in 2016 naar buiten bracht, wijst op een mogelijk verband van de arrestatie van de acht
onderduikers van het Achterhuis en de arrestatie van twee vertegenwoordigers van het bedrijf van Otto Frank, in maart 1944 wegens
clandestiene bonnenhandel.
Één van de op 4 augustus 1944 aanwezige rechercheurs maakte deel uit van een daarin gespecialiseerde eenheid. Deze en
andere elementen blijven in het coldcaseonderzoek ongenoemd.
Oktober 2022
Het CCT beloofde eind augustus alle stukken aan het Stadsarchief van Amsterdam te overhandigen, wellicht moet dit het NIOD of de
gemeenteraad zijn, maar ik heb geen aanwijzingen dat er ook maar iets is overhandigd.
Ik heb hier verder geen oordeel over omdat ik er simpelweg niet achter heb kunnen komen of er meer stukken zijn overhandigd door het CCT.
Opmerkelijk is wel de volgende conclusie die het CCT trekt op haar website, het is gelijk het laatste bericht aldaar.
I believe we now have addressed extensively all the points of criticism that have been made against us. If new points of critique
may occur, please do not hesitate to let us know and we will address them here. Until now, we have not been presented with any
piece of evidence or any new information that had enough strength to challenge our conclusion.
That does not mean that we are blind to new information. In fact, we are very open to challenges, rational and respectful discussion,
and are continually following up on leads sent to us. The Van den Bergh scenario is, in our opinion, still the most viable theory
about the betrayal of the Prinsengracht 263.
Kort vertaald: men blijft achter de eerdere conclusie staan dat Van den Bergh de verrader is, hen (het CCT) is niet aannemelijk gemaakt dat
ze ongelijk hebben, maar ze staan wel open voor verder overleg.
Opmerkelijk, dat men, na wat ik al ver voor hun onderzoek schreef en wat anderen nu ook concluderen over dit vermeende verraad, blijft volharden.
Ik neem aan dat met name in het buitenland de schijnbare betrouwbaarheid overeind gehouden moet worden, immers, het boek verkoopt daar als
een malle.
Hoe je geld kunt verdienen met een flinterdun onderzoeksresultaat is hiermee wel bewezen. een 'gotspe' noemen we dat.
Tenslotte
Tal van wetenschappers zetten vraagtekens bij de onderzoeksmethode en conclusie van het CCT, zelf stelden ze al niet voor de volle
honderd procent zeker te weten of hun bevindingen kloppen.
Het CCT hierover: "Terugkijkend was het van onze kant erg onverstandig om het waarschijnlijkheidspercentage van 85% in de media
te noemen. Dit wekte ten onrechte de indruk dat het hier om ‘85% zekerheid’ zou gaan.
Op zich snap ik dat, immers, de dader ligt op het kerkhof dus tot een bekentenis zal het nimmer komen. Maar je kunt wel beter onderzoek
doen en zeker als iemand (ondergetekende) jaren ervoor al stelt dat Arnold van den Bergh de dader niet kan zijn is het wonderlijk
dat jaren later uitgerekend
deze man je 'dader' is terwijl je geen enkel direct bewijs hebt.
...over de rol van de NOS...